Gek. Lang moesten Thijs en Stan niet
nadenken om tot een besluit te komen over het plan van Sam en Pieter om op de
laatste dag de hele trip van Rouen naar Lille te fietsen. Wisten zij veel dat
het intussen 2016 was, en dat je dat tegenwoordig ook gewoon per trein kan
doen. Die nieuwerwetse duivelskunsten waren echter niet aan onze reisgenoten
besteed en hun plan hield stand tot de dag in kwestie.
Half zes ’s ochtends, en in de verte
klinkt een alarm, het shaken van een
goedje dat zichzelf Joylent noemt, gevolgd
door iets wat lijkt op braakgeluiden en gestommel op de gang. Opstaan? Haha nee
natuurlijk niet, het is midden in de nacht.
De wekker klinkt uiteindelijk zo’n 4 uur
later. Tijd genoeg om nog even rond te slenteren in de Leclerc in het
shoppingcenter bezijden ons hotel en er heerlijke Franse boterkoeken en – omdat
we het verdiend hadden - Kinderchocoladerepen te kopen. Nadat we deze achter de
kiezen hadden en elk een lange warme douche hadden genomen, bestegen ook wij
onze fietsen.
100 m rijden. Rood licht. 150 m rijden.
Rood licht. 300 m rijden, groen licht, of nee, toch rood. Klimmen. Nog meer
rode lichten. Nog meer klimmen. Gelukkig kwam er dan een einde aan onze
lijdensweg, want in de verte doemde het station van Rouen op. Met nog wat tijd
op de klok laadden we onze bagage en fietsen op de hypermoderne treinen van de
SNCF en namen we plaats in een zachte, fluwelen vierzit.
Het glooiende landschap vloog langzaam
aan ons voorbij. De zon zocht zich een weg doorheen het wolkendek en bescheen
met haar warme stralen ons gelaat. Volledig à
l’aise laafden we ons aan het schrijverstalent van respectievelijk Hemingway
en Orwell, genoten we van muziek en probeerden we bij te benen met het reilen
en zeilen in de rest van de wereld met enkele boeiende podcasts.
Lille werd schijnbaar in een oogwenk
bereikt, waarna we ons hotel opzochten. Niet veel later werd een grote,
piekfijne kamer ons deel. Na een eerste koffie in het hotel zelf trokken we
Lille in, om er al keuvelend de stadssfeer op te snuiven. We kochten een
laatste Franse baguette, wat kaas en
zochten ons een gemoedelijk plaatsje om te picknicken. Het was intussen al 16u,
dus drong een nieuwe koffiepauze zich aan. Niet veel later zegen we neer op een
terrasje, waar we konden genieten van de warme avondzon.
We keerden hotelwaarts om er nog even
van onze rust te genieten, die echter spoedig werd verstoord. Twee moeilijk te
been zijnde fietsers strompelden onze kraaknette kamer binnen, bevuilden deze met hun vuil en zweet, en
waren bovendien nog eens ontgoocheld in ons gebrek aan enthousiasme. Begrijpen
wie begrijpen kan.
Blij herenigd bestelden we nog enkele
pizza’s, trachtte Pieter vergeefs het concept ‘fooi’ duidelijk te maken aan de
koerier, kraakten we nog enkele flessen bier en reisden we met z’n allen naar
dromenland. Niemand ging met de fiets.
- STAN -