‘Daar zijn ze weer’, hoor ik u denken, ‘die mannen met hun fietsreisverslagjes’. Een nieuw jaar, een nieuwe fietsreis, een nieuwe ontdekkingstocht naar een of andere uithoek van het Europese vasteland. Een fietsreis waarover telkens weer een jaar lang wordt gespeculeerd en gefilosofeerd. En bij gebrek aan goed weer in België: een fietsreis die traditioneel ook het échte begin van de zomer inluidt. Maar of we de zon zouden zien en welke oorden we deze keer opzoeken, daar komen we straks op terug. Er is iets anders dat onze aandacht verdient en waarvoor we u, beste lezer, graag waarschuwen. Nóg meer dan vorig jaar kraakte er iets in al zijn voegen. Waren het maar onze kettingen, onze hersenen, of onze steeds ouder wordende gewrichten. Niets daarvan: het was het deelnemersveld.
De aandachtige lezer herinnert zich dat vorig jaar, anno 2023, onze roedel voor het eerst werd ontdaan van zijn bezieler, zijn drijvende kracht, zijn instigator Pieter. Pieter had toen andere plannen en kon nadien enkel digitaal terugblikken op de heroïsche, epische, krankzinnige avonturen die wij hadden meegemaakt in Slovenië en Italië. Het was dan ook met volle overtuiging dat ons alfateefje zijn (haar?) terugkeer naar de roedel aankondigde en dit jaar opnieuw mee zou fietsen. Vreugde alom zou u denken, nietwaar? Uiteraard! Dramatischer werd het echter toen Stan aankondigde dit jaar de omgekeerde beweging te maken. Onze alfareu zou zich de hele zomer concentreren op schrijven. Helaas niet het schrijven van fietsreisverslagjes, wel het schrijven van een doctoraatsthesis. En dat valt jammer genoeg moeilijk te combineren met een fietsreis. Maar niet getreurd, beste lezer, de gevolgen voor u blijven beperkt: u zult het dit jaar simpelweg moeten stellen met de B-kantjes uit ons literair oeuvre. Wilt u toch graag literatuur uit de A-catalogus? Dan verwijzen we u vriendelijk door naar S. Pannier, 'Enterprising Merchants in the Global Atlantic: the Austrian Netherlands Trade with West and Central Africa, 1775-95' (Cambridge University Press) ergens dit najaar.
Voor ons, rest van de roedel, zijn de gevolgen echter niet te overzien. Wie zou zich dit jaar hoofdbrekens zoeken naar de mooiste fietsroutes? Wie zou ons taalkundig voorbereiden op contact met inheemse speciën? Wie zou ieder conflict ontangelen nog voor het er was? Wie zou contact opnemen met Deutsche Bahn voor alweer een waanzinnig treinplan-met-op-z’n-minst-5-overstappen? U merkt het, een vat vol vragen voor onze alfateef en de welpjes. Oja, die welpjes had ik nog niet vermeld. Heel kort dan: Sam, ervaren welp met geboren navigatieskills, Frederik, quasi-reumatische welp, en Tim, jongste welp met examenstress.
Genoeg inleiding, tijd om to the point te komen: waar zou onze reis ons naartoe brengen? Om die vraag te beantwoorden moeten we nogmaals terug naar het gezegende jaar 2023. Onze trip in Italië leerde ons 1) dat het eten en drinken in het Europese Zuiden wel in de smaak valt, en 2) dat we onbewust veel beter Spaans dan Italiaans spreken, getuige de talloze Buenos días, Muy bien, ¡Gracias! en Por favors. Een fietstocht in Spanje stond dus als het ware in de sterren geschreven. Uit angst voor een verzengende Spaanse zomerhitte, viel ons oog op een regio met niet alleen een autonoom bestuur maar ook een relatief autonoom klimaat: het Spaans Baskenland.
Omdat ook wij nauwelijks iets wisten over het Spaans Baskenland, hierbij een vleugje geschiedenis: het Baskenland is een gebied dat deels in Spanje en deels in Frankrijk ligt. Het Baskische volk, dat daar al meer dan tweeduizend jaar woont, heeft altijd een eigen cultuur, maar nooit een eigen staat gehad. Het Spaans Baskenland roept bij de minder jonge lezers misschien herinneringen op aan de ETA, een afscheidingsbeweging die onstond tijdens het regime van Franco (1939-1975) dat uit was op de vernietiging van de Baskische cultuur. Initieel vreedzaam verzet ging steeds meer hard tegen onzacht, en gaandeweg werd de ETA (Euskadi Ta Askatasuna – Baskenland en Vrijheid) een extreemlinkse terreurorganisatie die regelmatig aanslagen pleegde. Na Franco’s dood kreeg de regio meer autonomie en mocht de Baskisch taal opnieuw onderwezen worden. Hierdoor verdween het draagvlak voor de ETA gaandeweg, evenals zijn gewelddadig verzet. De Baskische identiteit is echter terug van nooit weggeweest:
Hoewel het aantal Baskisch sprekenden jarenlang terugliep, is de taal aan een revival bezig en inmiddels spreekt ongeveer een kwart van de Basken terug Baskisch – voornamelijk in de noordelijke helft. Baskisch is een van de weinige niet-Indo-Europese talen die in Europa worden gesproken en wordt beschouwd als een isolaat omdat het tot dusver aan geen enkele taalgroep kan worden gelinkt. Het is volstrekt normaal als u bovenstaande niet begrijpt. Wat wijzelf onthouden is dat er niks maar dan ook werkelijk he-le-maal niks valt te maken van het Baskisch. Eén weetje als u graag uitpakt met uw talenknobbel: vergeet butterfly, mariposa, papillon, farfalla, schmetterling, fjäril of babochka. Pinpilinpauxa werd verkozen tot het mooiste woord in de Baskische taal. Ternauwernood zouden wij echter proberen overleven op huis-tuin-en-keuken-Spaans.
Belangrijker dan weetjes over de Baskische taal is wat het Baskenland ons te bieden heeft om te fietsen. Hele generaties topwielrenners groeiden op in de regio – denk maar aan Mayo, Sánchez, Izagirre, Landa, ... – , meerdere bekende fiets(gerelateerde) merken (Orbea, Vittoria) vinden er hun oorsprong en het Baskenland huisvest jaarlijks de Clásica San Sebastián. Hier moéten toch mooie fietsroutes liggen, hoor ik u denken. Dat dachten wij ook, en welp Sam zag de uitdaging schoon om enkele steden, EuroVelo routes en gravelpaden te combineren tot een lusvormig geheel. En zo kreeg onze route gaandeweg vorm: we zouden vertrekken vanuit het Franse Hendaye. Van daaruit steken we de grens over richting Irun om verder zuidwaarts te fietsen naar Pamplona. Vanuit Pamplona trekken we naar het westen om via Estella en Vittoria-Gasteiz aan te komen in Bilbao. Eens Bilbao door zoeken we de Atlantische Oceaan op en rijden we via de kust oostwaarts richting San Sebastian, om nog iets verder terug uit te komen in Hendaye, ons startpunt. Erraza, zou een Bask zeggen.
Naast het uitwerken van een fietsroute is er nog een tweede probleem dat zich ieder jaar stelt: ter plaatse geraken. Het Baskenland valt net ver genoeg buiten de invloedssfeer van Deutsche Bahn om vertragingen (De fietsprocessie van Echternach, Denemarken, 2017; een eerste reünie, Zweden, 2022; de Mannhein Step, Slovenië, 2023) te vermijden. Bij afwezigheid van die-hard treinreiziger Stan, en omdat we zouden aansluiten bij een andere roedel te Lourdes direct na onze fietsreis, werd door Frederik een even simpel als geniaal Logistiek Plan™ uitgewerkt: de auto. Tim en Pieter zochten en vonden een fietsrek voor 4 fietsen, en zodoende waren alle praktische problemen alvast van de baan. Bij gebrek aan goed voorjaarsweer bleef er slechts één grote vraag over: hoe zouden onze benen het stellen? Geen betere manier om dat te ontdekken dan aan te zetten!
prest, jarri, joan ofte ready, set, go!
(Frederik)