Pagina's

maandag 18 september 2023

21 juli: Doppio por favor

Deskle - Codroipo ● 102,69 km  259 m

Nog meer dan het grensbord vertelden de cipressen dat we in Italië waren. Een fietsostrade had ons vlot de Sloveense grens over geleid. Er was zelfs een kraantje geweest om de slaap uit onze ogen te spoelen. De één had al meer werk dan de ander: waar wij dachten dat de trein van gisteren de laatste was geweest tot de stilte 's ochtends opnieuw genadeloos aan stukken was gescheurd, was Tim er rotsvast van overtuigd dat de nacht uit een eindeloze processie wagons had bestaan.

Hoog tijd dus voor suiker en caffeïne op Italiaanse wijze. In een bar in Gorizia lieten we de dos cervezas achterwege maar bestelden toch brioches en espresso doppio's, por favor. Al even Italiaans als ons Italiaans waren de wc's. We wisten niet meer waar we ze het laatst gezien hadden. Was het in die laatavond-docu over barbaarse praktijken in Guantanamo? Of was het toch in de martelkamer van het Gravensteen? Enfin, laten we zeggen dat het weerzien met de Franse wc niet hartelijk was. 

Eenmaal buiten Gorizia reden we al snel langs dure landhuizen, lange oprijlanen van witte kiezel en wijngaarden die zich uitstrekten tot zover het oog reikte. Het was een zinnelijk landschap van ontelbare aanzwellende druiven, langzaam op weg naar duizenden flessen en miljoenen monden.

Onze Triglav-benen trapten door boter op de Po-vlakte. Geholpen door meewind hadden we al voor de middag de 60 kilometer naar Udine verteerd. Op het Piazza della Libertà gingen we Romeins aanliggen voor een copieuze maaltijd van verse mozarella, pasta, lasagne, calamares en tomaten zo dik als hoofden. Boven ons pakten zich dikke wolken samen, en spoedig konden we weer ondervinden hoe belachelijk luid donder eigenlijk is als het niet veilig is weggestopt achter baksteen en isolatieplaten. We raapten etensresten samen en vluchtten naar een zuilengalerij. Het was er droog, er was plaats voor een uitgestrekt dutje, en tussen ons gezegd en gezwegen, beste lezer, de toestand van Jans sokken had de optie van een indoor schuilplek eigenlijk onmogelijk gemaakt.

Het onweer was Udine na twee uur eindelijk beu en ging op zoek naar een nieuwe prooi. Besloten werd om eerst nog even een terras aan te doen, en zo kwamen we terecht bij een caféhouder die enthousiast de terugkeer van de zon wilde vieren. Een kwartier van espresso's, Italiaanse schlagers en luide stampers later was elk spoor van slaap uit ons lichaam verdwenen. We reden opnieuw het landschap van de voormiddag in, deze keer onder een blauwe hemel. Modderige gravelsporen en een ondergelopen tunnel verhinderden niet dat we snel in Codroipo stonden, de stad waar Jan ons zou verlaten. We bestelden een ijsje, likten het op, en gingen onmiddellijk opnieuw in de rij staan. Een kind kreeg die keuze niet en werd krijsend weggesleept door zijn moeder.

Frederik opperde om onze eerste avond in Italië te vieren in Kebab Istanboel, en u kan zich nu onmogelijk voorstellen hoe serieus dat voorstel was. Zijn suggestie werd door ons Codroipo uitgelachen, en de fietsgoden berispten hem met een lekke band. 

Even later nestelden we ons op het terras van Pizzeria Ermes voor een echte Italiaanse maaltijd en een echte Birra Amoretti. De volle 66 centiliter, waarmee we onze nacht hypothekeerden. Want zoals elke kampeerder weet betekent één pintje een priority ticket naar dromenland, en twee pintjes 's nachts opstaan in nat gras en waar zijn die slippers in godsnaam gebleven en daarnet in het licht was het hier precies toch gezelliger en wat is al dat geluid hier eigenlijk moeten die dieren niet slapen en zijn dat nu ogen die ik zie in de struiken en snel terug in de slaapzak die natuurlijk kletsnat is nu van het gras en waarom moest dat tweede pintje nu weer zo nodig serieus behéérs u toch eens, enfin, gedoe, maar het was Jans laatste avond dus werden het er twee.

We namen afscheid en reden de stad uit op zoek naar een slaapplek. Na een aantal valse landingen streken we neer in een klein bosje. In de verte werd de dromerige avondlucht verstoord door bliksem. Prachtig, vonden we, tot we beseften dat de bliksem bewoog. Ze kwam dichter. In paniek stelden we onze tenten op, Sam brak een stok, ik liet vijf muggen binnen. Helaas: het onweer had ons te pakken. Kletsnat en onder de steken gingen we slapen.

En ik ben echt zeker dat ik die nacht in de struiken ogen heb gezien.

(Stan)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten