Nog voor de zon goed en wel zijn eerste stralen
richting aardbol had afgevuurd sloeg Bavo alweer aan het plooien – zijn kleren
deze keer en nadat deze veilig opgeborgen waren en we afscheid hadden genomen
vertrok hij met taxi Poppe richting Welkenraedt, zijn blauwe halfvolle drinkbus
wezenloos voor zich uit starend op de kast achterlatend. Niet alleen wij maar
ook de hemel huilde om Bavo’s vertrek; desalniettemin besloten we om toch onze
veilige burcht te verlaten en via de Vaalserberg, ook bekend als het hoogste
punt van Nederland, richting het Duitse Aken te rijden.
Even waanden we ons Frodo en Sam toen in de verte en
hoogte een mysterieuze toren zich losmaakte uit de nevelen die hem omhulden en
vol ontzag werden we richting het bouwwerk getrokken. Eenmaal aangekomen op de
flanken van Mount Vaals ontspon er zich een ware titanenstrijd tussen Frederik
en Pieter; achterhoedebewakers Thijs, Jasper en Stan konden zich nog net staande
houden in de stroom van testosteron die van de berg naar beneden gutste. Hun onderneming werd er zo mogelijk nog
hachelijker op toen er zich ook regendruppels bij de kolkende vochtmassa
voegden, maar de drie helden slaagden erin het hoofd boven water te houden en
heelhuids de top van de heuvel te bereiken. De strijd tussen de twee
ouderdomsdekens bleek intussen beslecht in het voordeel van Frederik en de rest
van de groep rustte samen met hem even uit om van onze noeste klimarbeid te
bekomen.
Dat was echter buiten de weergoden gerekend en godsvrezend als we zijn
schuilden we voor de spreekwoordelijke pijpenstelen onder het afdak van de
taverne die zich bezijden het prachtige drienlandenmonument bevond. Aldaar
maakte de Surinaamse barman ons duidelijk dat dat vijf euro kostte, dat hij geen
grapje maakte, en dat hij wel een grapje maakte. Na onze rantsoenen Beleefd
Gelach in een recordtempo soldaat te maken besloten we het hoofd te bieden aan
de stilaan slinkende druppels en onze persoonlijke invullingen van ‘Volgens mij
zijn we hier vorig jaar gepasseerd ze’ samenleggend doken we de Vaalserberg af
en de Akense agglomeratie in. Eerste stop was het Hauptbahnhof, wat een stoere
naam is voor station, waar we voor onze rijwielen een droog onderdak vonden. Dat
was echter buiten de spoorwegpolitie gerekend, die er ons terecht attent op
maakte dat we ons voor de brandblusapparaten hadden geposteerd en omdat spontane
ontbrandingen in het heersende weer inderdaad niet uitgesloten konden worden,
waren we genoodzaakt onze trouwe stalen metgezellen weer in de woeste
buitenwereld onder te brengen.
Verleid door de gigantische koffiekoeken in de stationsbakkerij kochten we elk twee chocoladekoeken. Ook Stan, tot groot jolijt van zijn metgezellen, maar hun begerige blikken veranderden al snel in deze van bittere teleurstelling toen ook de laatste zoete hap aan zijn lange reis naar voornoemdes maag begon. We sloegen ons basiskamp even op in de tunnel onder de perrons, van waaruit Thijs een verkenningsexpeditie leidde richting McDonalds om een rapport op te maken van de aanwezige veggie-accomodatie. De spoorwegagenten lieten ons deze keer met rust en Stan en Thijs tankten even wat zwart goud bij. Doch rust roest en ijzerwerk nog meer, dus haastten we ons terug naar onze doornatte fietsen om hen een dergelijk lot te besparen en trokken naar de befaamde Akense Dom, waar de nog befaamdere Karel de Grote precies 1200 jaar eerder werd begraven. Kippenvel verzekerd, al kan dat ook aan het niet bijster goed van centrale verwarming voorziene bouwwerk gelegen hebben. Echter geen kwaad woord over de Dom die zijn naam en faam meer dan waard is, mede door het feit dat in het interieur niet op een vierkante meter bladgoud meer of minder gekeken werd.
Genoeg culturele bagage voor die dag besloten we, en
we sprongen nog even de 1€-Shop binnen. Hilarische ‘Entschuldiging, wie viel
kostet dieses Produkt, bitte?’-grappen konden op het nippertje vermeden worden
en in één trok raceten we naar de grens met Nederland om in Vaals ons avondmaal
bijeen te scharrelen. De plaatselijke Aldi had zich de interieurstijl aangemeten
van de rest van het quasi lege shoppingcenter waar de winkel zich bevond:
neocommunistisch met zoveel tinten grijs dat E.L. James jaloers zou zijn. Ons
ervoor hoedend om geen Stalinbustes om te stoten en onze rugzakken beschermend
tegen collectivisatie kochten we de nodige zaken, waaronder ook de Aldi-variant
van Desperados, de drank die zoals algemeen geweten zijn naam ontleend heeft aan
de toestand waarin een persoon zich moet bevinden opdat deze zijn toevlucht tot
dit zelfverklaarde bier zou nemen.
Er volgde nog een korte stop in de Albert
Heijn om onze voedingsmand te vervolledigen, waarna we ons de heuvel
oversleepten richting ons haardvuur te Gemmenich. Genoeg tijd voor Pieter om een
band gekregen te hebben met de spaghettistokjes zo bleek, en slechts het
borrelende water in de kookpot slaagde erin beide
partijen onder luid gesnik van elkaar te scheiden. Moe maar voldaan bleven we
nog even hangen op de Duitse zender Sport1, waar het wereldkampioenschap darts
werd afgewisseld met catch, wat ongetwijfeld de meest Amerikaanse en
belachelijkste sport ter wereld moet zijn. Na middernacht konden we opeens een
ietwat bizarre discipline bewonderen waarbij schaars geklede vrouwen om het
hardst probeerden om opgebeld te worden. Het olympische potentieel van deze
sport leek ons eerder beperkt dus werd de tv gedoofd, niet veel later gevolgd
door de lichten daar er de volgende morgen een nieuwe dag met dolle avonturen
wachtte.
We onthouden dat:
- Het op de top van de Vaalserberg niet helemaal zeker
was of we wel droog op onze bestemming zouden ger-Aken
- De prijs voor woordspeling van het reisverslag bij
deze veiliggesteld is
- De smaaktest ons leerde dat authentieke en
Aldi-Desperados duidelijk van elkaar onderscheiden kunnen worden
- Het nog steeds niet aan te raden is om één van beide
producten aan te schaffen
- Sport1 hofleverancier is van gênante momenten in
brave Duitse huiskamers
Geen opmerkingen:
Een reactie posten