Route
5 stormde door naar het oostelijke Sønderborg, dus dienden we een alternatieve
route te vinden om Flensburg te bereiken. Sam stelde met behulp van de
smartphone een bont amalgaam regionale routes samen die ons tot in Kliplev
zouden brengen. ’s Ochtends talmden we niet te lang, want de bootladingen koeken
die we de voorbije weken hadden binnengespeeld zorgden stilaan voor buikkrampen
en maakten een toiletbezoek broodnodig. Onfortuinlijk genoeg bleek de eerste
kerk die we passeerden, die van Stubæk, de uitzondering te zijn die de regel
bevestigt dat elke kerk in Denemarken over wc’s beschikt. We fietsten snel door
naar de kerk van Kliplev, waar we tot onze verbazing al geweest bleken te zijn
op de heenweg. Stan vulde zijn stuurboeket aan met dezelfde lavendel als twee
weken eerder en we wisselden onze laatste pant
in in de Brugsen waar we tijdens de heenrit onze eerste middagpauze hadden
doorgebracht. Om de cirkel helemaal rond te maken, besloten we bovendien voor
de laatste twintig kilometer opnieuw de Hærvejenroute te volgen.
Tegen
de middag bereikten we uiteindelijk Flensburg. Omdat ons hostel pas om vier uur
haar deuren opende – officieel althans, de code was nog steeds dezelfde als
twee weken eerder-, zat er niets anders op dan nog twee uur voor de ingang te
slijten. Pieter daalde af naar het stadscentrum om brood en kaas te halen voor
zijn metgezellen en maakte van de gelegenheid gebruik om een veggieburger te
bestellen bij McDonalds. Twee uur later konden we eindelijk inchecken en een
verkwikkende douche nemen, de eerste in vijf dagen.
Na
ons weer ietwat aangepast te hebben aan de geur- en kledingsnormen die gelden
in de beschaving, trokken we naar het Flensburgse centrum. In het
shoppingcenter vergaapten we ons in de Saturn aan de recentste ontwikkelingen
in technologieland, aten we een ijsje en kochten we enkele houten breinpuzzels
in de Flying Tiger. Voor het avondeten kozen Pieter en Stan voor noedels en Sam
voor een pizza fungi, beide goedkoop en erg lekker. Omdat de cafeetjes er een
heel stuk minder verlaten bijlagen dan bij ons bezoek twee weken eerder,
besloten we om voor we vertrokken nog het lokale Flensburger Pilsner te
proeven. Helaas voor zijn twee reisgenoten had Stan zijn hipsterradar vergeten
deactiveren, en voor ze het goed en wel beseften hadden we plaatsgenomen in een
bar met mooie houten tafeltjes maar zonder Flensburger Pilsner op de kaart. We
bestelden dan maar limonade – geen mainstream
Fanta natuurlijk, wat had u gedacht, maar Fritz-Kola.
Ondertussen
zagen we enkele Duitse hangjongeren passeren in de straat begeleid door een
luide Imperial March en waren we
getuige van een, in de eerste plaats voor de deelnemers, hilarisch
vrijgezellenfeest. We lieten ons echter niet van onze hoofdmissie afleiden en
namen plaats op het terras van een ander café. De parasol van Flensburger
Pilsner waaronder we gingen zitten verraadde dat we op het goeie spoor waren en
inderdaad, een uur wachten op de ober later konden we eindelijk onze lippen
zetten aan het streekproduct. Verrassend genoeg smaakte het als elke andere
pils die we al in ons leven gedronken hadden, en licht teleurgesteld wandelden
we terug naar ons hostel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten