Walkenried - Bad Sooden-Allendorf ● 104,28km - 1.216 m
Hoewel de schaterlach van de vorige nacht ons nog enkele dagen in onze dromen zou achtervolgen, werd iedereen uitgeslapen wakker. De twijfel of we 's ochtends nog eens gebruik zouden maken van naar campingnormen vijf sterren welness werd snel de kop ingedrukt, we zouden immers snel toch weer een douche tegenkomen (toch???) We betaalden 's ochtends, want de uitbaters hadden ons tactisch nog niet op de gastlijst gezet de dag ervoor, om ons niet naar een testcentrum 10 kilometer verderop te laten rijden. De Nederlandse uitbaatster probeerde nog méér sympathie op te wekken door maar drie tenten aan te rekenen in plaats van vijf, alhoewel dit volgens Pieter op de prijslijst geen enkel verschil maakte. Jan leverde zijn matras terug in, maar kwam zo tot de conclusie dat hij een nieuwe oplossing nodig had voor de komende nacht. Aangezien ook de slag in Sam zijn wiel best wel hinderlijk begon te worden zouden we proberen deze twee problemen te verhelpen in de eerstvolgende grote stad.
De ochtend begon weinig verrassend met veel klimmetjes die echter snel werden vergeten toen we door het hilarische dorp Tettenborn zoefden. Na een goede 35 kilometer kwamen we de grootste metropool voor de komende 100 kilometer tegen, stoppen was dus noodzakelijk. Dat stoppen was bijna zeer ongelukkig gebeurd, toen Pieter bij het afdalen naar het dal waar de stad inlag bijna van de weg werd gemaaid door twee herten die aan topsnelheid de weg overstaken. Een prachtig beeld dat een fractie van een seconde duurde, maar toch vooral een zucht van opluchting dat niemand geraakt werd.
Sam liet 's avonds prompt een positieve Google-review achter, wat
later op de reis een belangrijk medium bleek te zijn voor de Duitse handelaars.
We verzamelden allemaal in het parkje en gingen terug op weg na deze efficiënte middagpauze. Bij de eerste klim had Jan meteen last van de befaamde Burger King-maag. Hij kon meteen op een 'I told you so'-blik, van Stan rekenen, want hoewel verder wetenschappelijk onderzoek nog vereist is, blijkt de de Burger King-maag - ook soms McDonalds-maag - bij ongeveer 50% van de bikepackers voor te komen (steekproef: fietsreis 2021). Het klimmen vervolgde langs een weg die volgens de maker van het boekje 'goed berijdbaar' was. In praktijk bleek het een koeienweide met een stijgingspercentage van grofweg 15%.
Team gravelbike zag het echter nog goed zitten, want ietwat later haalde Stan de 9de en Sam de 10de Strava-tijd op de Schönholz-Climb. Eerlijk, het was te veel afzien om te zien of het wel degelijk een mooi bos was langs de kant van de weg. Strava-addict Pieter had 'toevallig' dat moment zijn Strava uitgeschakeld, wat we niet anders kunnen bestempelen als een zeer flauw excuus.
Met hernieuwde krachten was het vervolg van de route een eitje, al hielp het feit dat we een 15-tal kilometer in een treintje zonder hoogtemeters langs het water konden afleggen mogelijks ook. In Bad Sooden-Allendorf hadden we nu echt wel een restaurant verdiend, veel zin om op zoek te gaan hadden we echter niet en we pootten ons neer bijde eerste pizzeria die we zagen. De pizza bleek Indisch van makelij en het was enkel door onze grote honger dat we in recordtempo alles verorberden. Stan bleef wel erg lang weg van het toilet, maar hij bleek eerst alles te hebben moeten desinfecteren alvorens ze ietswat 'gebruiksklaar' waren. Met een gemengd gevoel verlieten we de stad.
Een aantal kilometer buiten de stad vonden een prachtige plek naast de Werra om onze tent op te zetten. Pieter verkende de buurt vanuit de jachthut en verklaarde de kampeerplaats als goedgekeurd. In het grote gras zag Stan al snel enkele naaktslakken en het trauma van 13 juli 2020 kwam weer boven (Ja, je moet de verslagjes van vorig jaar maar lezen). Het was tijd om de kettingen eens te smeren en Jan kon de laatste kilometers niet meer goed schakelen. We probeerden dit te verhelpen, maar maakten het probleem waarschijnlijk alleen maar erger. Jan probeerde met weinig succes zijn fietsenmaker/drinkebroer te pakken te krijgen, die ons zelfvertrouwen naar beneden maaide door niet onder de indruk te zijn van onze prestaties. Wie gelukkig wel onder de indruk was (daar gaan we toch van uit), was Jan zijn zoon Lou, en met diens lach vallen we wel graag in slaap.
(Sam)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten