We sleepten onze
fietsen het zanderige padje af en overbrugden de laatste kilometers naar Nîmes.
Onze kamer in het hostel was nog niet klaar, wel konden we onze bagage al
verstoppen in een opberghok achter de receptie. Met enkel de noodzakelijkheden
op zak bestegen we onze fietsen om de stad te verkennen en naar het defilé van Nîmes te gaan kijken, waarin alle stedelijke diensten zich van hun beste kant mochten laten zien.
Die kwieke tred,
die mooie outfits, die fitte, gebruinde lichamen… Maar
genoeg over onszelf, spoedig bereikten we de boulevard waar het hele gebeuren zou plaatsvinden. Er
passeerden agenten te auto, agenten te moto en ten slotte agenten te fiets, die
afgaand op hun lichaamstaal duidelijk het kortste strootje hadden getrokken in
de kazerne. Er passeerden soldaten van allerlei pluimage, deze bovenin de tanks
steevast nors toekomstige slagvelden tegemoet starend. En er passeerden
brandweerwagens en hulpdiensten, luid toegejuicht door alle omstaanders.
Na een wandeling langs
de arena van Nîmes sprokkelden we lekkers bij McDonalds en Carrefour en namen
het mee naar Les Jardins de la Fontaine. Daar bevond zich nog een ander Romeins overblijfsel, de tempel
van Diana, op wiens muren we eeuwenoude graffiti konden ontwaren. We bezochten
nog even de Tour Magne, trots uitkijkend over Nîmes, en kuierden nog wat rond in het
park, dat er vrijwel verlaten bijlag door het vuurwerk dat er die avond zou
plaatsvinden.
Zolang konden wij
echter niet wachten, want België speelde die namiddag voor de tweede keer tegen
Engeland. We keerden terug naar het hostel, Sam en Stan maakten nog een
tussenstop in een Carrefour die zo immens groot was dat een metrolijn tussen de
verschillende rayons ons geenszins verbaasd zou hebben. Na ons mandje
volgestouwd te hebben met pastaboxen, brood en natuurlijk chocomoussejes kozen
we voor één van de veertig kassa’s. Even afrekenen dachten we, maar dat was
buiten de self scan-kassa’s van Carrefour gerekend. Na het laten openvallen van
een doos boterkoeken en het vijf keer laten verschijnen van de boodschap “Veuillez
attendre le personnel” – waarna er ook telkens daadwerkelijk personeel bij onze
kassa opdaagde, een man die vanbuiten immer vriendelijk bleef maar vanbinnen ongetwijfeld zijn ontslagbrief aan het schrijven was – wisten we toch te betalen.
Pieter had onze
kamer al ontgrendeld en bij een waar feestmaal keken we achtereenvolgens naar de
Rode Duivels, een treinprogramma met de Brit JJ, naar verluidt een zanger maar
wiens bestaan hardnekkig ontkend werd door het internet, een fietsprogramma
waar we de vrucht daikon leerden kennen en een Amerikaans verbouwingsprogramma,
dat door zijn karikaturen van deelnemers, overduidelijk in scène gezette reality en Franse dub groteske
proporties van afgrijselijkheid bereikte. Goed gelachen, dat wel.
(Stan)
(Stan)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten